Het paarsblauw bloementapijt is nu helemaal verdwenen. Hier en daar is nog een bloeiende hyacint te vinden. Maar de meeste zijn verwelkt. De jonge beukenblaadjes blijven wel nog even transparant en zorgen voor een zeer zacht en rustgevend licht in het bos. Overal liggen en hangen mannelijke katjes van de beuken. Twee weken geleden hebben ze voor gele stuifmeelwolken gezorgd in het bos. Het is nu afwachten of er dit najaar veel beukennootjes zullen zijn. De muizen zullen dan hun buikjes kunnen vol eten, voorraden aanleggen en aan gezinsuitbreiding doen omdat er voldoende eten is. Omdat ze niet alle beukennootjes zullen vinden en opeten, komen er dan ook weer veel jonge beuken bij in het bos. Zo kan het bos zichzelf verjongen. De bosuilen zullen ook tevreden zijn met de vele muizen en zo op hun beurt voldoende voedsel vinden om een nieuwe generatie uilskuikens groot te brengen.